Categorie archief: Parijs 2017

Fietsreis met JW naar Parijs

Dag 8 – Donderdag 20 april 2017 (Amsterdam)

20 april 2017: We hebben twee jaar terug ca. 4 dagen in Parijs vertoefd en vonden het nu wel prima om terug te gaan. We deden ’s morgens nog een rondje door de stad. Parijs is verbluffend goed te befietsen. Je kunt makkelijk fietsen op de busbanen die, wanneer de bus niet rijdt, geschikt zijn (gemaakt) voor fietsers. Okay, het blijft oppassen en het ís een drukke stad, maar je kunt je makkelijk door de stad bewegen.
TGV vertrekt vanuit Gare du Nord. Geweldige
treinverbinding met Amsterdam!
We dronken nog een afschuwelijk slecht en duur kopje koffie tegenover Gare du Nord en gingen toen maar het station binnen. Geklooi, want tegenwoordig (dat hoefde 2 jaar terug nog niet, maar sindsdien is er een idioot geweest die het nodig vond zijn karabijn mee te nemen in de TGV) moet je door een metaaldetector. Eérst moet je fiets uit elkaar (want wielen eruit anders te groot, bagagerekken eraf, stuur gedraaid, hoes erom). En hoe moet dat dan, met fietsen zonder wielen (die aan het frame met tiewraps vastzitten) en tassen, zo door zo’n detector 100m verderop? Op het moment dat de trein het perron binnenrijdt moet je dus nog opschieten ook, dus één van ons bij de spullen laten wachten was geen goed idee. Allebei gelijk maar. Tassen in de ene hand, fiets zonder wielen in de andere. Tassen door de detector. Fiets door het poortje die gaat piepen natuurlijk. Chagrijnige Franse beveiliger vraagt zich af waarom het poortje piept. Enz. enz.
Maar goed, TGV gaat geweldig en op tijd rol je Amsterdam binnen, waar we onze fietsen in omgekeerde volgorde weer in elkaar knutselen.
Het was weer een geweldige trip!

Dag 7 – Woensdag 19 april 2017 (Parijs, 105 km)

Het ontbijt is wel bijzonder, met grote glazen water op elke tafel met een Thaise kempvis in elk glas. Ze verzinnen wat.
Vroeg op pad. Nog frisjes, maar niet té. We fietsen weer door veel koolzaadvelden. Halverwege krijg ik te horen dat we het huisje in Amsterdam waar we op geboden hadden ‘hebben’.
Knisperfris weer

Jan Willems moeder had een lunch aangeboden, die we nuttigen in Vémars: lekkere hap met frietje, salad bar en worstjes. Cholesterol paradise!

We fietsen langs het eindeloos lijkende kanaal: Canal Saint Martin. Dat kanaal ligt ‘diep’: aan beide zijden is een soort talud met daarbuiten de hustle en bustle van Parijs. Maar nét rond dat kanaal is het een groene oase. Hebben flink de wind in de rug en komen bijtijds in Parijs aan. Aan Quai de la Marne drinken we twee Orangina’s waar we – op z’n Parijs – 9 Euro voor moeten betalen.

Vinden hotel Relais Bergson. Onze kamer is wat verscholen achter een binnenplaatsje. Geeft een wat obscure indruk, maar blijkt prima te zijn aan de Av S Bolivar. ’s Avonds de onvermijdelijke Leffe gedronken en een échte Chinees gevonden waar we het een en ander naar binnen schuiven.

Lekker Chinees!

Dag 6 – Dinsdag 18 april 2017 (Pierrefonds, 85 km)

Bij wakker worden eerst even de weer-app checken. Regen voorspeld. Maar het blijkt ‘op te schuiven’. Bij het ontbijt nog droog maar waarschijnlijk gaat het van 10 – 15 regenen.

We schuilen halverwege om half elf in een barrretje waar de ‘heren’ al een biertje aan het drinken zijn. Nou hou ik persoonlijk erg van een biertje, maar om half elf ’s morgens..?

Nu komen we langs het stuk in Prémontré waar Jan Willems derailleur in 2015 eraf brak. Maar het gaat goed! Is even een klimmetje, maar niet zo zwaar als ik in mijn hoofd had. Gieren tenslotte naar beneden en het laatste stuk en pittig colletje naar Pierrefonds dat ons opwacht met een soort Disney-kasteel van allure. We vinden een hotel in het centrum tegenover een stadsvijver. We drinken twee Leffes in Le Kiosque, eten een pannekoekje en bekijken een heerlijk slechte scifi-film, ’s avonds.

Veel koolzaadvelden

Het kasteel van Pierrefonds

Dag 5 – Maandag 17 april 2017(Crécy s. Serre, 85km)

Tweede paasdag. Vroeg wakker. Heerlijk ontbijtje nuttigen we samen met Nederlands stel dat daar met de paasdagen overnacht.
Paasontbijtje

Weer nog lekker droog! Misschien valt het mee vandaag (ondanks de matige voorspellingen). Niet dus.. Eerste stuk behoorlijk nat. Komen rond lunchtijd langs een visvijver in Martigny waar ze allerlei vette rotzooi op 2e paasdag blijken te verkopen waar wij heel erg veel trek in hebben. Trieste mannen zitten rond lunchtijd aan de bar bier te drinken.


Verantwoorde lunch

Worsten met patat wordt het dus. Jan Willem vraagt naar het toilet en wordt verwezen naar de visvijver buiten!

Rijden door naar Crécy sur Serre na talloze koolzaadvelden te zijn gepasseerd, waar we een hotelletje vinden. Na kwartier te hebben gemaakt een Leffe gedronken in de lobby van het hotel waar we door de hotellier worden geholpen die onbedaarlijk moest lachen om zijn eigen grapjes. Vrolijke Frans. Eten een pizza die we niet op krijgen (!!). Bewaard voor op de fiets, de volgende dag natuurlijk.

“Le Beffroi”, recht tegenover het hotel

Ons hotel in Crecy sur Serre


Dag 4 – Zondag 16 april 2017 (Chimay, 104km)

Hebben natuurlijk als een blok geslapen met die biertjes. ’s Morgens doet Toni (de bewoner) ontzettend zijn best en serveert Kaiserbrotchen met honing die hij zelf gemaakt heeft. Dat het volledig versuikerd is nemen we op de koop toe.

Met kraakhelder weer fietsen we langs de Maas en in Dinant eten we aan de Maas een pannenkoekje met ijs en chocoladesaus.
We stoppen even bij Hastière waar klimmers in de weer zijn: kleine stipjes ploeteren (bij deze temperatuur, het zal ca. 10 graden geweest zijn) tegen de steile rotswanden. Ieder z’n hobby..
In Mariembourg een kopje thee gedronken bij opgeknapte stoomtreinen met van die typische stoomtreinopknapmannen: met knevels en grote handen.
Kraakhelder weer

Na een ellendig laatste klimmetje komen we aan in Chimay waar we een B&B hebben gevonden. Het ziet er allemaal een beetje popperig uit, maar ja. Fietsjes mogen we in een kapelletje achter de B&B zetten. Ook weer opgelost.

’s Avonds in grand café gegeten en gedronken. Nog stukje gelopen voor de spijsvertering en vrij vroeg naar bed.

Ons B&B’tje in Chimay


Dag 3 – Zaterdag 15 april 2017 (Namen, 75 km)

Matig, zo niet k-weer. Het begint met miezeren. Hoopvol m’n weer-app raadplegend gaan we toch maar op pad. Na verloop van tijd zeikt het van de regen.

Op zich niet zo’n ramp, maar ik kan mijn iPhone (zonder regenbescherming) niet meer gebruiken. Stop ‘m dus in mijn zak en moet té vaak stoppen om te kijken. Als een geschenk uit de hemel komen we langs een verwarmd terras in Drieslinter. De uitspanning heeft een verwarmde overkapping / terras met elektrische kacheltjes. Eéntje daarvan confisqueren we om onze sokken, schoenen, enz. bij te leggen. 



Eten soepje (vooral langzaam: de spullen moesten drogen) en eten wat. Als de regen is opgehouden gaan we toch maar niet zo heel veel later verder. Sokken en schoenen nog niet helemaal droog maar dat gaan we hoogstwaarschijnlijk wel overleven. We vervolgen onze reis over het fietspad dat op een voormalig treintracé is gelegd. Af en toe passeren we een stationnetje.

In Jodoigne (wat de Vlamingen Geldenaken noemen) bij de King of Kebab een verantwoorde maaltijd gehaald. Op naar Namen waar we een VvdF-adresje bellen. Het komt de dame niet zo goed uit en ze geeft een alternatief telefoonnummer dat we bellen. Een frans-talige meneer zegt dat we welkom zijn.

The king of Kebab!

In Namen aangekomen zitten we eerst op een terras te kijken naar een of ander volksfeest: mensen lopen in prachtige kostuums op hoge stelten door de stad. Daarna zoeken we ons adresje aan de Maas dat we snel vinden: een prachtig groot pand aan de Maas!
We zijn iets te vroeg en na een kwartiertje komt er een wat gedrongen mannetje met veiligheidshesje op elektrische fiets aan. Hij zegt ons lachend welkom, waarbij de ontbrekende voortand niet te negeren valt.
Grote poppenfestival
van Namen

Bij binnenkomst valt ons de werkelijke te-ringzooi op! Een soort manbijthond-situatie. Hij lijkt zich er niet voor te generen (en dat zou-ie echt wel moeten doen..). We bescheuren ons zonder het te laten merken. Hij wist Jan Willem zijn slaapkamer met groot eikenhouten ledikant, beslapen beddengoed en een grote kuil in het matras waar we dan bij verzinnen dat daar recent zijn moeder in al haar incontinentie in moet zijn gestorven. “You can check in but you can never leave..” gonst door ons hoofd. Mijn slaapkamer is niet veel beter. Maar een troost is het wanneer hij in gebroken Nederlands zegt dat hij beddengoed gaat halen. Hij blijft vervolgens een kwartier weg. In die tijd kunnen wij een klein beetje rondkijken en stiekem wat foto’s maken. Als hij terugkomt maakt hij samen met ons, hijgend als een paard, de bedden op. Maar het ruikt heerlijk fris.


Vervolgens vraagt hij ons een biertje te drinken. We drinken respectievelijk een flesje Jupiler, Orval en Chimay met 5, 6 en 9% alcohol. Jan Willem wil douchen. Dat kon natuurlijk, ware het niet dat zijn ketel kapot was. Geen geld voor de reparatie had deze arme suppoost van het Namens museum. Hoe wast hij zich dan??

Daarna gan we maar ’s eten en vragen hem mee, maar bij blijkt een bijeenkomst in de kerk te hebben. Gierend van het lachen gaan we naar de stad en vinden een indier. We besluiten dat de missie is om er toch een achter te komen hoe ie in vredesnaam die voortand is verloren. Een mysterie, deze man.

Dag 2 – Vrijdag 14 april 2017 (Diest, 108 km)

Héérlijk ontbijtje zet de gastvrouw ons voor. Veel moeite doet ze daar toch voor. Hebben een leuk gesprek over haar vrijwiligerswerk: het inburgeren van statushouders. Daar stopt ze veel moeite in en denkt daar genuanceerd over. Daarna spulletjes gepakt en op pad.


Onderweg snacken / stoppen we her en der (niet te vaak natuurlijk..).

In Neerpelt, net over de Belgische grens, stoppen we weer hoopvol bij Malbroo’s. Net als 2 jaar terug: dicht. Hmm. Krijgen toch wel trek (en de boterhammetjes met ei zijn niet meer verantwoord). Uiteindelijk komen we in Neerpelt bij een bejaardentehuis terecht waar we een soepje eten.

Hapje eten in
bejaardentehuis

Dat blijkt in Belgie niet ongewoon te zijn: je kunt er een lekkere versnapering krijgen en de bewoners vinden het prettig, die aanloop. Ik zou bijna zeggen: een win-win. Moeten we ook in NL doen!

We gaan verder door o.a. Beringen. Een mijnwerkersstad met heel veel niet-Belgische restaurants. Fietsen door een prachtig buurtje met dure huizen (zal wel voor het management van de mijn geweest zijn) en bloesemende bomen.

Na verloop van tijd komen we in Diest aan waar we weer een vrienden van de fiets-adresje hebben gevonden, íets buiten het centrum van Diest. Logeren daar tezamen met een alleraardigst Vlaams stel dat de omgeving te voet verkent. ’s Avonds lopen we naar het centrum om weer lekker te schranzen: stoofpotje en bier!

Downtown Diest


Dag 1 – Donderdag 13 april 2017 (Boxtel)

Met redelijk weer vertrokken naar het zuiden. We volgen de Benjaminseroute. Weer zo iemand die met militaire precizie een fietsroute heeft vastgelegd. Hebben geen boekje, maar gebruiken de iPhone met navigatie-app. Beetje lui, maar wel gemakkelijk.
Eerst pleisterplaats: marktplein van Culemborg waar we appeltaart eten en koffie drinken. Naast ons staat een vreemd leren koffertje. Iemand vergeten? Ik zeg de bediening dat iemand z’n koffertje is vergeten, maar het blijkt een ‘cache’ te zijn, gebruikt bij het geocachen. Bijzonder dat dat zo in een restaurant staat.
In Den Bosch gaan we maar ’s naar een adresje voor de nacht zoeken. Gebruiken het vrienden van de fiets-boekje. Heb blijkt toch aardig druk te zijn: veel is dicht / bezet. Uiteindelijk komen we bij een oudere dame in Boxtel uit. We komen (behoorlijk wat) vroeger aan dan we aan de dame vertelden door de telefoon, dus gaan nog even een biertje drinken (ik dan, Jan Willem drinkt keurig een glaasje fris) in centrum Boxtel voordat we het adresje opzoeken.

Blijkt er bij deze dame van (zeg) begin zeventig ook een andere man te logeren: Coen die lopend op weg is naar Santiago de Compostella. Bijzonder dat zo’n dame dat zonder probemen doet: 3 heren te logeren hebben.

Bij Coen kunnen we weinig enthousiasme detecteren die nog wel een stukje moet naar SdC.. Als dat nu enthousiasme nu al ontbreekt?! Coen blijkt zich allemaal zware doelen te stellen in het leven: veganistisch zijn (zonder overtuiging, maar omdat ’t kan), zo snel mogelijk stoppen met werken (dat kan dan weer niet), naar SdC lopen (omdat het ‘moet’). Snappen het niet zo goed.. ’s Avonds vraagt hij of hij mee ‘mag’ naar de Chinees. Zich alcohol ontzeggen doet ie dan weer niet.